Gedragscode en beleid

Gedragscode

De vereniging schenkt veel aandacht aan de sociale veiligheid en het voorkomen van grensoverschrijdend gedrag en seksuele intimidatie. Het bestuur van de vereniging onderschrijft het beleid tegen seksuele intimidatie van het NOC*NSF.

D
e omgang tussen zwembadmedewerkers, bezoekers en zwemleerlingen laat zich niet tot in detail regelen. Zeker niet wanneer lichamelijk contact nodig is in de vorm van instructie, correctie of hulp (denk hierbij aan bezoekers met een beperking), ter voorkoming van verdrinking, handhaving van orde of een andere onveilige situatie.

Niettemin  wordt via de gedragscode uitgangspunten en gedragsregels vastgesteld aan de hand waarvan de grens tussen geoorloofd en ongewenst gedrag wordt gemeten. Deze gedragscode geldt voor leden (en hun begeleiders) als de kaderleden die les geven. Het doel hiervan is om alle betrokken personen te beschermen.

 

Het bestuur van de Nationale Raad Zwemveiligheid (NRZ) heeft de Gedragscode Zwembranche vastgesteld. Deze gedragscode is door het bestuur van de watervrienden aangepast aan de omstandigheden bij de vereniging.
 

Beleid 'veiligheid en sfeer'

De sfeer en cultuur op de sportvereniging
Zwemvereniging de Watervrienden staat voor een open en vriendelijke sfeer, waarin ieder zichzelf mag zijn en dusdanig begeleiding ontvangt om naast het leren zwemmen juist ook het plezier ervan te ervaren en te onderhouden. Ouders worden betrokken door o.a. kijkavonden. Wanneer er opmerkingen zijn of kritiek is, wordt dit serieus opgepakt door het kader en het bestuur. De bejegening naar elkaar is open, respectvol en op een betrokken wijze. Zwemvereniging de Watervrienden wil deze sfeer bewaken en heeft daarom omgangsregels voor binnen en voor buiten de lessen opgesteld voor elke bezoeker, gebruiker, leerling/zwemmer, kader en/of anderszins betrokkene. Een ieder heeft zich aan deze omgangsregels te houden. Deze omgangsregels worden bekend gemaakt via de website van de vereniging.

Geweld en agressie wordt actief bestreden doordat het aanwezige kader direct ingrijpt en een ieder er meteen op aanspreekt. Wanneer er ingeschat wordt dat het risico op agressie of geweld verhoogd is, wordt preventief extra toezicht georganiseerd. Dit veiligheidsrisico wordt standaard besproken in het Commissie Zwemvaardigheden en Opleiding(CZO).

Bij aanname van een nieuwe leerling wordt stil gestaan bij eventuele risico’s die voortkomen uit verschillen in (ontwikkelings-)leeftijd, fysieke kracht en door het hebben van een (gemelde) aandoening. Aan de hand van deze inschatting wordt zo nodig individuele afspraken gemaakt om zorg te dragen dat het risico (tav veiligheid, sfeer en alle vormen van intimidatie) zo goed mogelijk wordt afgedekt. Het kan betekenen dat verzocht wordt tot individuele begeleiding tot/met tijdens het zwemmen; een variatie van mogelijkheden zijn daarop mogelijk, passend bij de individuele situatie en de aanwezige omstandigheden in  en om het bad. Daarbij wordt rekening gehouden dat de maatregelen de lessituatie niet verstoort.

Toezicht krijgt op onderstaande manieren vorm:
1. Er is toezicht bij de entree; zonder kaart is het niet mogelijk binnen te komen, zodat alleen leden op dat moment gebruik maken van de ruimten. Ouders worden verwacht naderhand de kleedruimtes te verlaten en zich te begeven naar de openbare ruimte bij de entree of op de tribune.
2. Er is toezicht door de badcoördinatoren; zij lopen bij  zowel het diepe als ondiepe bad rond en dragen er zorg voor dat ieder de ruimten veilig gebruikt, ingrijpt bij het ontstaan van agressie en assisteert bij calamiteiten.
3. Er is toezicht door de trainer in de verschillende ‘badjes’ waarin les wordt gegeven op het eigen groepje leerlingen/zwemmers.
4.De kreek:

De kreek is de plek waar niet continu direct toezicht aanwezig is. Deze wordt door de vereniging gebruikt voor volwassen zwemmen en indien nodig voor individuele lesbegeleiding door een lesgever. Het is kinderen niet toegestaan om voor, tijdens of na de les zich in de kreek op te houden.

Terug naar boven